Longfibrose na radiotherapie. Radiotherapie (bestraling) van de borstkas, bijvoorbeeld vanwege borstkanker of longkanker, kan leiden tot vorming van littekenweefsel in de longen. Enkele maanden na radiotherapie treden klachten op (radiatiepneumonitis). Wanneer deze niet goed herstellen, kan het later (soms pas na jaren) resulteren in fibrose.
aanvullend,Welke medicatie is voorgeschreven voor longfibrose?
Medicijnen die voorgeschreven zijn voor andere ziekten kunnen leiden tot longfibrose bij mensen die daarvoor gevoelig zijn. Soms treden de klachten pas op jaren nadat de medicatie is gestopt. Een bepaalde soort antibioticum dat voorgeschreven wordt bij blaasontstekingen (nitrofurantoine) is een bekend voorbeeld.
Op dezelfde manier kan men vragen:,Wat is de meest voorkomende vorm van longfibrose?
De meest voorkomende vorm van longfibrose is ‘Idiopathische Pulmonale Fibrose’, vaak afgekort als IPF. ‘Idiopathisch’ wil zeggen ‘zonder bekende oorzaak’. De oorzaak van IPF is dus onbekend. Vanuit wetenschappelijk onderzoek zijn er aanwijzingen dat deze vorm van longfibrose bij een klein deel van de patiënten erfelijk bepaald is.
Vraag is ook:,Wat zijn de klachten bij longfibrose?
Symptomen. De belangrijkste klachten bij longfibrose zijn: kortademigheid: eerst bij inspanning, later ook in rust; droge hoest; vermoeidheid; geen energie hebben. Daarnaast kunnen patiënten last hebben van concentratiestoornissen, hoofdpijn en depressieve gevoelens.
Wat is de nieuwe medicatie voor longfibrose?
Nieuwe longfibrose medicatie: remmers Esbriet en Ovef Relatief nieuwe middelen zijn pirfenidone (verstrekt onder de naam Esbriet) en nintedanib (Ovef). Het eerste middel is alleen goedgekeurd voor lichte tot matig-ernstige stadia van longfibrose.