Hoe Schrijf Je Een Breuk Als Kommagetal?

Voor de komma staan de helen en na de komma de decimalen. Vandaar dat een kommagetal ook wel een decimaal getal wordt genoemd. De deling 10 : 4 = 2 heeft een rest van 2. De uitkomst is ook te schrijven als 2,5. Een decimaal getal stelt eigenlijk een (gemengde) breuk voor.

Mensen vragen ook,Wat is een breuk en een kommagetal?

Uitleg breuken en kommagetallen. Een kommagetal geeft net als een breuk het deel van een geheel aan. Breuken en kommagetallen zijn naar elkaar om te rekenen. Van breuk naar kommagetal Breuken met als noemer een macht van 10, dus: 10, 100, 1000, … kun je eenvoudig direct als kommagetal schrijven: 9/10 = 0,9 82/100 = 0,82 462/1000 = 0,462

verder,Wat is de laatste nul van de komma weggelaten?

H = honderdtallen, T = tientallen, E = eenheden en t = tienden, h = honderdsten, d = duizendsten. Weglaten laatste nul of nullen. Vaak wordt de laatste nul(len) na de komma weggelaten, tenzij anders aangegeven of vereist is.

Vervolgens kan men ook vragen,Wat is de waarde van een kommagetal?

Waarde van kommagetallen. Je ziet dat het eerste cijfer van een kommagetal na de komma de tienden aangeeft, het tweede cijfer de honderdsten en het derde cijfer de duizendsten, enz. Zie ook de waarde van getallen. Voorbeelden. 0,1 is ééntiende. 0,01 is éénhonderdste. 0,001 is éénduizendste.

Wat is het kommagetal achter de komma?

Maak van het kommagetal een breuk. Kijk hoeveel getallen er achter de komma staan. Eén getal achter de komma = een tiende breuk (?⁄10). Twee getallen achter de komma = een honderdste breuk (?⁄100).

Hoe kun je het kommagetal omzetten in breuk?

Als je het kommagetal hebt omgezet in een breuk, dan kun je de breuk vereenvoudigen. Deel de teller en de noemer beide door hetzelfde getal. Je ziet dat 60 ⁄ 100 gelijk is aan 3 ⁄ 5 .

Wat zijn breuken en kommagetallen?

Uitleg breuken en kommagetallen. Een kommagetal geeft net als een breuk het deel van een geheel aan. Breuken en kommagetallen zijn naar elkaar om te rekenen. Van breuk naar kommagetal. Breuken met als noemer een macht van 10, dus: 10, 100, 1000, … kun je eenvoudig direct als kommagetal schrijven: . 9/10 = 0,9 .

Plaats een reactie